De zomer is begonnen. Het is snikheet, geen enkele vorm van verkoeling. Geen ventilators of electriciteit. Water is er bijna niet meer. We kunnen amper ademen door de hitte in de tenten en het is nog maar net begonnen. De afval, de uitwerpselen van de honden en de geur zijn gewoon walgelijk. Vorig jaar konden we nog ijsblokken kopen, maar dit jaar is het ‘VERBODEN’. Geen koele drank en eten dat onmiddellijk rot. Er zijn al giftige spinnen, schorpioenen en slangen gespot.
Hier is vanalles gaande. We horen vanalles. Er is veel spanning en iedereen is bang van wat er gaat gebeuren. Tanks en zwaarbewapende helikopters boven onze hoofden. Deze was nog hoog.

Alle kinderen waren in shock en huilden. De soldaten zijn weer volop aan het stelen. ’s Nachts wordt er geschoten en zijn er opnieuw invallen. Tenten worden stukgesneden en dan zit je daar met je kinderen in een kapotte tent.
Mijn kleinste is al dagen ziek. Ze heeft hoge koorts die maar niet daalt. Ze gloeit en heeft waterige diarree. Ik haat iedereen die ons zo laat stikken.

We vernamen ook dat buitenlandse vrouwen en kinderen (waaronder de Belgen) naar het kamp Al Roj zullen worden gebracht. Er wordt beweerd dat moeders en kinderen van landen die akkoord gaan, zullen worden gerepatrieerd na de ramadan. (Een moeder vanuit de kampen)